Menno Voorwinde, 13 mei 2025

Gisteren. Het begon allemaal goed. De aanloop naar mijn afspraak voor een PET-scan, en na later bleek ook een CT-scan, verliep als gepland. Ik was vroeg wakker, want ik zag het licht in het aquarium nog niet branden. Die timer staat op zes uur. Mijn twee katten droegen een vals klinkende aria, vlak bij mijn oor, aan me op. Ik joeg de vals zingende ellendelingen weg en dommelde nog even door. Ik moest zo lang mogelijk blijven liggen, want dommelen is beter dan opstaan zonder koffie en een ontbijtje. Sinds middernacht mocht ik niks meer eten en drinken, behalve water, tot aan het onderzoek. Wel moest ik in het uur voor aankomst nog even een liter water wegwerken. Gezien de verwachte reistijd volgens Google Maps, kreeg ik daar in de auto alle gelegenheid toe.

Terwijl ik een half ochtendritueel doorliep, hield ik een schuin oog op de route naar het Imaging Center van het AUMC in Amsterdam gericht. Ik zag de reistijd snel oplopen door een toenemende verkeersdrukte. Enfin, uiteindelijk had ik nog tien minuten de tijd om vanuit parkeergarage P3 bij het Imaging Center te geraken. Ik was daar bijna toen ik onaangenaam werd verrast door het ontbreken van mijn spraakapparaat. Ik moest dus terug naar de auto waar de hufter uit mijn zak was gerold. Daardoor kwam ik twee minuten te laat bij het Imaging Center. Ik werd keurig aangemeld en er werd geen probleem van gemaakt. Het kwam me wel op een taakstraf ‘geduldig blijven’ te staan. Vooral omdat de een na de ander voorrang kreeg. Ook de mensen die ver na mijn aankomst arriveerden. Het lukte. Eigen schuld, dikke bult, hield ik mezelf voor.

Na drie kwartier werd ik geroepen. Robin, een rossige ouwe rot in een jongenslichaam, begeleide me. Hij vroeg me of ik al eens eerder een dergelijk onderzoek had ondergaan. Ik knikte en kon me niet bedenken hoe vaak. Wel realiseerde ik me dat het voor het eerst was dat ik geen gezelschap had. Nu maakt dat niet veel uit, want ik had een boek meegenomen, dat ik vervolgens het eerste halfuur van het onderzoek helemaal niet aan mocht raken. Robin was net zo vriendelijk als behendig. Hij legde alles uit, omdat dat nu eenmaal moest en had maar één poging nodig om een infuus aan te leggen. Ik zou twee doses radioactieve meuk via het infuus toegediend krijgen. Om het goedje goed te laten doordringen in de verste krochten van mijn lijf, moest ik volledig rustig zijn en geen enkele inspanning leveren. Ook geen boek. Na dat half uur mocht ik lezen, want dan moet je wederom een half uur wachten, maar enige ontspannende beweging is dan toegestaan.

De scan zelf is geen pretje. Weer moet je een half uur stil liggen, maar je mag in de tijd dat je in de tunnel ligt ook niet bewegen. Als ik niet mag bewegen krijg ik overal jeuk. Het lukt me altijd wel, maar daar is een fikse mentale inspanning voor nodig. Kennelijk ben ik daar zo in geoefend dat het me zelfs lukte weg te dommelen. Maar wel pas nadat ik de jeuk aan mijn neus, knie, slaap en linkeroor had weggedacht. Na de scan moest via het infuus ook nog even contrastvloeistof worden ingespoten. De CT-scan was verder geen probleem. Vijf minuten, hooguit. Ik kwam met een setje warme testikels uit de scan gerold. Dat doet die vloeistof namelijk.

In de loop der jaren is het Imaging Center volledig opgeknapt. Op de foto bovenaan is genomen in de hal, vlak na de ingang. Het is werkelijk prachtig geworden. Jarenlang moest ik door een in elkaar geflanste houten corridor me een weg banen. Er ontbreekt nog maar één ding.

Ik ben beschikbaar om te poseren.

Disclaimer: Lees gratis, doneer vrijwillig.

Met trots aangedreven door WordPress


Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *